In totaal krijgen 13.194 leerlingen in het kleuteronderwijs, het basisonderwijs, het voortgezet onderwijs, het beroepsonderwijs en de overgangsfase naar het volwassen leven in het schooljaar 2025-2026 maaltijd- en voedselhulp, wat neerkomt op een stijging van 1.404 leerlingen ten opzichte van het vorige schooljaar.
Het regionale ministerie van Onderwijsontwikkeling heeft vrijdag (24 oktober 2025) de lijst van begunstigden gepubliceerd. Het gaat om leerlingen van zowel openbare als door de staat gesubsidieerde particuliere scholen die verplicht onderwijs of het tweede niveau van het kleuteronderwijs aanbieden, aldus het ministerie van Onderwijs.
Wat de maaltijdtoelagen betreft, werden 17.343 aanvragen ingediend, waarvan er 12.919 werden goedgekeurd, terwijl in het voorgaande schooljaar 11.565 aanvragen werden goedgekeurd. Dit betekent dat 4.424 leerlingen die de toelage hadden aangevraagd, deze dit jaar niet hebben ontvangen.
Aan de andere kant werden 275 van de 321 aangevraagde maaltijdtoelagen goedgekeurd, wat neerkomt op 25 begunstigden meer dan vorig jaar en 46 personen die een aanvraag hebben ingediend, maar geen toelage zullen ontvangen.
Het ministerie stelt dit schooljaar 9,8 miljoen euro beschikbaar voor deze subsidies, waarvan 9,6 miljoen voor maaltijdsubsidies en 190.000 euro voor voedselhulp.
De afdeling onder leiding van Antoni Vera heeft ook benadrukt dat het aantal leerlingen dat gebruikmaakt van de maaltijdservice in openbare instellingen de afgelopen jaren gestaag is toegenomen.
In het schooljaar 2024-2025 werd een recordaantal van 16.547 gebruikers bereikt, waarmee de opwaartse trend die in het schooljaar 2020-2021 was ingezet, zich consolideerde na de daling als gevolg van de economische crisis en de pandemie.
Deze stijging is volgens hen het resultaat van het beleid dat door de Conselleria wordt gevoerd, zoals het vaststellen van een maximumprijs van 6,85 euro voor regelmatige gebruikers en 7,55 euro voor sporadische gebruikers van de kantinedienst in openbare instellingen, dat sinds december 2024 van kracht is.
Deze maatregel, waarvan de kosten ongeveer 561.000 euro bedragen, heeft het voor de gezinnen die hiervan gebruikmaken mogelijk gemaakt om een maximale dagprijs te betalen, waarbij het verschil door de overheid wordt gedragen, wat vooral gezinnen met minder middelen ten goede komt.
Bron: agentschappen





